Selecteer een pagina

“Oma?” Zegt mijn kleinzoon terwijl hij lekker in bed veilig tegen me aan ligt. “Oma? Die inbrekers hebben toch wel gezien dat het een kinderkamer is? Een volwassen man die nog bij zijn moeder woont heeft toch geen knuffels in zijn bed? Ze snapten toch wel dat het een kamer van een kind is?”

“Ja lieverd. Ze hebben wel gezien dat het een kinderkamer is.”

“Maar je steelt toch niet van kinderen oma?”

Zijn tablet, die hij heeft gekregen en waardevol voor hem is, is weg.. Er is meer weg. En er staat een ladder tegen de gevel. Ergens anders gestolen blijkbaar.

Alle kastdeuren en laatjes zijn opengetrokken. Alles ligt over de grond.

Hij is sneu en vooral bang. Als hij later in de nacht wakker wordt omdat hij moet plassen moet ik mee. Durft alleen niet naar beneden alhoewel we in het huis van zijn oom en tante zijn. We hebben hem daarmee naar toegenomen omdat de technische recherche nog moet komen en alles beter onaangeroerd kan blijven.

Bovendien voelt hij zich even niet zo veilig in zijn eigen huis.

Gelukkig is zijn kerstcadeau niet gestolen. De inbrekers zijn blijkbaar gestoord in hun werk.

Maar is wel iets heel anders, heel belangrijks gestolen.

Zijn gevoel van veiligheid.
Ik zag dat bleke koppie en mijn hart brak.
Er is die nacht meer kapot gemaakt dan een slot.